Dominique Scholten, de jonge algemeen directeur van FC Twente

Dominique Scholten, de jonge algemeen directeur van FC Twente

Dominique Scholten, de jonge algemeen directeur van FC Twente

Hij volgde bijna geruisloos Paul van der Kraan op als algemeen directeur van FC Twente, maar Dominique Scholten is nu eenmaal geen man die zichzelf op de borst roffelt van genoegzaamheid. Wel is zijn hand van leidinggeven - na ruim een jaar - wel degelijk zichtbaar in De Grolsch Veste. “Ik ben energiek en soms best dominant, maar het liefst in samenspraak met mijn mensen”, zegt hij, met zijn 36 jaar nog een ‘rookie’ op zo’n zware post. Nadere kennismaking met een ambitieuze sportbestuurder, die ‘elke dag iets beter wil worden.’

De algemeen directeur van FC Twente is geboren en getogen in Nijmegen, maar inmiddels alweer een jaar of vijf ingezetene van - het qua grootte vergelijkbare - Enschede. En óf hij ingeburgerd is in de stad waar hij woont en werkt. Voorbeeldje? “Mijn vrouw is Enschedese en mijn dochtertje, van nu veertien maanden, ook. Dat hing er nog wel even om. Kort voor de bevalling leek het onzeker of er plaats was in het MST in Enschede, dus was er even sprake van uitwijken naar Almelo of Winterswijk. Ik maakte me echt ongerust. No way, dacht ik bij mezelf.” Met een royale knipoog: “Het zou toch niet waar zijn dat mijn dochter een andere plaats dan Enschede of Nijmegen in haar paspoort zou krijgen? Gelukkig was het niet nodig en is ze gewoon in het MST ter wereld gekomen.”

Gemeenschapszin

Opluchting alom bij Scholten, die zijn eigen wieg dus in Nijmegen heeft staan, in 1988. Hij groeit er op in een typische, knusse volkswijk, de Rozenbuurt, waar de politie regelmatig een kijkje moet komen nemen en op straat vaak het recht van de sterkste geldt. “Ik heb als kind vaak moeten rennen om mijn hachje redden, haha.” Maar er was ook gemeenschapszin en samenhang, zegt hij. “Ik durf wel te stellen dat het mijn leven verrijkt heeft. Het doorgronden van de wetten van de straat, hoe ga je met vrienden om, met familie, met vijandigheid, hoe bescherm je elkaar? Mijn ouders wonen nog in het huis waar ik opgegroeid ben, ik kom er graag. Al ontbreekt het tegenwoordig aan tijd. Maar ik zal me nooit ergens te groot voor voelen of naast mijn schoenen gaan lopen. En juist door mijn afkomst kan ik me ook goed verplaatsen in supporters van een volksclub als NEC en een regioclub als FC Twente. Waar de mensen loyaal zijn, betrokken bij de club en elkaar niet laten vallen.”

Als jonge jongen uit de Rozenbuurt droomt Dominique Scholten van een toekomst als profvoetballer. “Zoals zoveel jongens. Maar dat lukte me niet. Ik was best een redelijke middenvelder, die het schopte tot de selectie van NEC, de club waar ik al vanaf mijn achtste jaar voetbalde. Ik heb mijn debuut gemaakt in de eredivisie, ben zelfs nog mee geweest op een Europese trips. Maar uiteindelijk bleek ik niet goed genoeg om mijn brood erin te verdienen.” Wel speelt Scholten nog jaren in de top van het amateurvoetbal, bij Achilles ’29 en Spakenburg, waarmee hij zich in totaal drie keer tot landskampioen kroont. Maar op dat moment kijkt hij al verder dan een balletje binnenkant paal. Tijdens zijn studie - Commerciële Economie - aan de Johan Cruijff University in Tilburg, raakte hij geïnteresseerd in vakken als ondernemen, management, marketing.

Ondernemer

Geen wonder, want op dat moment profileert hij zich al enige tijd als een kleine zelfstandige. “Toen ik achttien was, liep ik als speler van NEC een zware blessure op, die me negen maanden aan de kant hield. Ik ben toen een eigen bedrijfje begonnen in voetbalactiviteiten, genaamd VADS (Voetbal Activiteiten Dominique Scholten), omdat ik mijn tijd nuttig wilde besteden. Ik bedacht en creëerde dingen als voetbalkampen, soms met honderden kinderen, en kinderfeestjes, deed ook de marketing, en maakte me zo spelenderwijs de facetten van het ondernemerschap eigen. Dat heb ik een jaar of tien gedaan. Onderwijl ging ik, vanaf mijn twintigste studeren en dat was mooi, want ik kon de lessen die ik in de praktijk al toepaste, toetsen aan de theorie. De docenten vonden het fascinerend dat ik al vooruitliep op wat de andere studenten pas later zouden praktiseren. En ik kon mijn prille ondernemerschap aanscherpen met de lessen van school.”

Wat hem zo aanspreekt aan ondernemen? “Dat je iets bedenkt, en dat het dan later tot uiting komt. Een soort vergezicht schetsen: een stip aan de horizon plaatsen, en dan de weg ernaar toe plaveien met de plannen die jij denkt ervoor nodig te hebben. Dus wat ik destijds deed op kleine schaal, doe ik nu ‘in het groot” “Mijn volkse afkomst heeft mijn leven verrijkt” bij FC Twente. In die zin ben ik ook nu, als algemeen directeur, aan het ondernemen. Zeker waar het gaat om mensen meekrijgen, aansturen, beter maken, pushen, duwen, verantwoordelijkheid pakken.’’

NOC*NSF

Daarover dadelijk meer. Want eerst verlaat hij tijdelijk de voetballerij en kiest voor een baan bij de sportkoepel NOC*NSF, waar hij zich bezig gaat houden met sponsoring, marketing en het produceren van content. In die rol maakt hij onder meer de Olympische Spelen van 2016 in Rio de Janeiro mee, als projectleider. “Een waanzinnige ervaring”, kijkt hij terug. “Ik heb daar vijf weken gezeten, gemiddeld misschien drie of vier uur per nacht geslapen, hard gewerkt, maar net zo hard genoten. Ik was verantwoordelijk voor alle content en communicatie vanuit Rio van Team NL. Je had daar Studio Team NL, met een dagelijkse talkshow, dat moest allemaal geproduceerd worden, er waren vijftien cameramensen actief, communicatieschrijvers, noem maar op. Het was een feest om dat, als 27-jarige, allemaal te plannen en aan te sturen. Die vijf weken hebben mijn leven ten goede veranderd.”

 In zijn schaarse vrije tijd pikt Scholten in Rio het beachvolleybal op de Copacabana mee (‘entertainment van de hoogste categorie’) en verwondert hij zich - in positieve zin - over de toewijding van de Olympische sporters. “Ik had de voorbereiding van de BMX’ers op Papendal al meegekregen, maar zag het in Rio bij alle sporten. Bizar hoe mensen toewerken naar een doel, terwijl ze er financieel nauwelijks voor gecompenseerd worden. De intrinsieke motivatie is zó groot, heel inspirerend om te zien.”

Hij zegt nog net niet hardop dat profvoetballers daar een puntje aan kunnen zuigen, maar toch komt de voetballerij vrij snel weer op zijn pad. “Ik had nog tot in lengte van jaren met plezier bij NOC*NSF kunnen blijven werken, het was echt een topbaan, maar in 2017 belde NEC, mijn eerste liefde. ‘Kom je bij ons werken?’, was de vraag. Of ik, samen met iemand anders, de opleiding wilde gaan runnen. Een dag later zei ik ‘ja’, haha. Ik dacht: ik probeer het, in de wetenschap dat ik - mocht het tegenvallen - altijd terug zou kunnen.”

Middellange termijn

Een terugkeer komt er niet meer van. Het werk bij NEC blijkt hem als gegoten te zitten. “Mijn collega was de inhoudelijk goede opleider, terwijl ik degene was die vorm gaf aan de bedrijfstak. Ik bepaalde de strategie, moest de inkomsten regelen, deed ook de scouting erbij. Een prima rolverdeling. Weet je, ik geloof heilig in beleid voor de middellange termijn. Veel mensen in de voetballerij hebben daar niets mee, die zijn gefocust op snel succes, maar zo werkt het in mijn ogen niet: ik ben van een stip op de horizon, zoals gezegd, en werk daar redelijk gestructureerd naartoe.”

 Zijn succesvolle werkwijze bij NEC doet hem bij FC Twente op de radar belanden. In 2020 maakt hij de overstap naar de FC Twente/ Heracles Almelo Academie. “Het klinkt misschien gek, maar mijn werk in Nijmegen ging me op een gegeven moment vrij makkelijk af en ik werd te comfortabel. Ik dacht: kan ik het, met mijn visie en strategie, ook in een nieuwe omgeving waar niemand me kent? Dát was de uitdaging. Ik verhuisde naar Enschede, want als ik iets doe, dan wil ik het volle bak doen, met hart en ziel. Het viel me best moeilijk om afstand te nemen van familie en vrienden, om mijn comfortzone te verlaten, maar als je ambities hebt, moet je soms offers brengen. Ik moest en zou deze regio leren begrijpen en de clubcultuur doorrgronden. Dat was ik aan mijn nieuwe werkgever verplicht.”

Daverende surprise

Ook bij de Twentse jeugdacademie valt Scholten op door zijn goede werk, zijn heldere visie, zijn stuwende persoonlijkheid, zijn sympathieke voorkomen. Ondertussen ontketent FC Twente de zoektocht naar een opvolger voor algemeen directeur Paul van der Kraan. Er volgen gesprekken met kandidaten van naam en faam, maar steeds nadrukkelijker schiet het besef wortel dat de nieuwe sterke man al binnen de eigen gelederen huist.

En toch komt het aanzoek van FC Twente voor Scholten als een daverende surprise. “Ik zag het niet aankomen. Niet dat ik dacht dat ik het niet zou kunnen, maar door mijn leeftijd vooral.” Toch: “Ik spar weleens met mensen van NLPwerkt, over zelfontwikkeling, onder meer. Een paar maanden voordat de vraag van FC Twente kwam, sprak ik tegenover hen de wens uit algemeen directeur van een Betaald Voetbal Organisatie te willen worden. Korte tijd later was het zover…” Toeval bestaat niet. En eervol is het, hoe dan ook. Een compliment, dat evenzeer. “Dat ze het in mij zagen zitten, dat streelde me. Wel stelde ik de voorwaarde dat ik eerst zou een tijdje zou meelopen. Het liefst met Paul van der Kraan. Van wie ik in de voorbije jaren ook al veel had geleerd. Dat kon. Uiteindelijk heb ik twee maanden met hem kunnen meelopen, en heeft hij daarna twee maanden met mij gewerkt. Zo kon ik langzaam in mijn rol groeien.”

Best dominant

Scholten is toch al van het “groeimodel”. ‘Ik geloof heel erg in beter worden. Dat probeer ik ook uit te stralen naar mijn mensen. Als we elke dag allemaal ietsje beter worden, komt dat ten goede aan de organisatie.’ In dat kader: hoe omschrijft hij zijn leiderschapsstijl? ‘Ik ben iemand die energie wil geven, die strategisch denkt, weet wat hij wil. En ik besef dat ik de mensen om me heen hard nodig heb. Dus ik geef mijn medewerkers vertrouwen, ruimte om te groeien, te ontwikkelen. Daar ben ik zelf ook beter door geworden. Door initiatief te nemen, fouten te maken. En ik wil plezier hebben met de mensen op de club, maar ik stel wel grenzen, want onder de streep moeten we presteren, ook buiten het veld. Ik kan ook best dominant zijn, maar alleen als we ergens niet uitkomen, we geen tijd meer hebben en er ergens een klap op gegeven moet worden. Dan zeg ik: we doen het zo! Maar dat komt niet vaak voor.’

Hij geeft nu ruim een jaar leiding aan de - historisch en qua huidige begroting - vierde club van Nederland. ‘Ruim een jaar… Zo voelt het niet. De tijd vliegt voorbij. In deze rol komt alles samen wat ik leuk en uitdagend vind. Ik houd van voetbal, ik houd van dynamisch werken, van veel verschillende onderwerpen bij de kop pakken, van oplossingen bedenken voor gewone én complexe problemen.’ Daarbij is het handig ratio goed te scheiden van emotie. ‘Kan ik wel. Natuurlijk baal ik wanneer FC Twente in de blessuretijd een tegentreffer te verwerken krijgt, of van een arbitrale blunder. Maar ik ben al snel in staat helder te analyseren. En te kijken: oké, aan welke knop kunnen we nu draaien? Ik probeer zo min mogelijk energie te verspillen aan zaken die ik niet in de hand heb of niet kan beïnvloeden.’

Raderen draaien

Het is de week dat FC Twente thuis in de Europa League tegen het Noorse FK Bodø/Glimt speelt, en voor straf - vanwege vuurwerk bij de wedstrijd ervoor tegen Besiktas - geen ‘normale’ supporters van de harde kern in Vak P mag toelaten. Het gaat om 2600 plekken. Wanneer er een tip binnenkomt dat de leegte kan worden opgevuld met scholieren, gaan de raderen draaien in het hoofd van Scholten. ‘Ik wil dan vól de kans pakken en álle plekken bezet hebben. Dat idee kan ik niet laten rusten. We hebben genoeg mensen die dat goed kunnen uitvoeren. Maar ik laat intern wel een paar keer vallen van ‘ik wil geen 500 kinderen in het stadion, geen 1000, ook geen 2000, maar 2600. Dat lukte.’

Wat hij uiteindelijk wil met FC Twente? ‘Een stabiele plek in de subtop, spelen om tenminste plek 4 en dus ieder jaar kans maken op rechtstreeks Europees voetbal. Met soms een uitschieter naar boven, zoals vorig seizoen de derde plek, toen een topclub met een veel hogere begroting, Ajax in dit geval, ‘onderpresteerde’. Als ik een keer vertrek, zal het nieuwe trainingscomplex er definitief staan, op het Diekman-terrein in Enschede, zou het mooi zijn wanneer de jeugdacademie floreert, en dat de uitbouw van het stadion gerealiseerd is, naar een capaciteit van minstens 40.000 toeschouwers. Om dat allemaal te begeleiden, heb ik nog minstens een jaar of zeven nodig, schat ik in; het zijn mijn stippen op de horizon. Kampioen worden? Graag, maar we blijven realistisch. We moeten weten wie we zijn.’

Aan toekomstige werkgevers, ambities of horizonten denkt Scholten niet. Al weet hij dat het snel kan gaan in de voetballerij. ‘Ik ben ambitieus, durf best groot te dromen, maar dat kan ik ook hier. We gaan naar een recordbegroting, de club groeit in alle facetten. Uiteindelijk wil ik FC Twente beter achterlaten.’ Wanneer dat is, staat in de sterren geschreven. Zijn ‘roots’ in de Nijmeegse Rozenbuurt impliceren dat hij niet bij iedere organisatie kan werken. ‘Ik houd van echte, rauwe voetbalclubs, voel me juist bij een club als FC Twente erg thuis. Ik geniet ervan dat mensen het hier met elkaar leuk hebben, noaberschap beleven, zoals dat ook in een volksbuurt gaat. Je hebt clubs die een stuk killer zijn, daar zal ik niet zomaar gaan werken. Nee, wat dat betreft, ben ik en blijf ik echt een mensenmens.’

>
>
>
Elferink & Kortier
TOM's Rally
CuliRally