Twentse ondernemer is vrijgevig
Zijn ondernemers op geld beluste ego’s die alleen oog hebben voor euro’s, zelfverrijking en winstbejag? Slechteriken met een gebrek aan empathie en altruïsme? Klopt dat vooroordeel of zijn Twentse ondernemers van een ander, socialer kaliber. Mensen die verder kijken dan een vette sedan of villa. Gelukkig wel. Zeker in Twente, waar ondernemers het niet zo van de daken roepen maar het hart op de goede plaats dragen. In de maand waarin we warmte en menselijkheid koesteren drie hartverwarmende verhalen.
Rudolf Walhof Foundation
Hij erkent dat de passie voor de natuur een belangrijke drijfveer is; daarom is land gekocht, zijn er 90.000 oorspronkelijke bomen geplant, ook ter bescherming van het leefgebied van gorilla’s: “Maar lokaal steunen we hier ook een buurthuis of de ontwikkeling van het Twentse Reggedal. We doen dat niet om in het nieuws te komen. Voor de naamsbekendheid heb je borden langs het voetbalveld.”
De medewerkers raken, zo merkt hij, meer betrokken: “Als je hier werkt weet je dat we die projecten steunen. En ja, dat wordt gefinancierd vanuit de winst. Maar bij sommige andere bedrijven is de focus gericht op een hoog dividend voor de investeerders.” Net als veel ondernemingen wordt liefdadigheid niet nadrukkelijk gepresenteerd: “Nee, ook wij roepen het niet van de daken, dat is typisch voor familiebedrijven, zeker in Twente houden we het voor ons. Maar je hoopt wel dat je andere ondernemers enthousiasmeert. Je wilt immers iets achterlaten als je er niet meer bent, wat betekenen voor de toekomst. Dat is het doel”, besluit Bas-Jan Walhof.
sMiles Foundation
Smit zelf kiest daarbij voor sponsoring en steun aan regionale initiatieven. Daarnaast is hij, als autoliefhebber pur sang, voorzitter van de sMiles Foundation, opgezet door ondernemers met liefde voor het oldtimers. “Iedereen met een bijzondere auto kent het: een tante of het zieke buurjongetje wil wel eens meerijden. Met sMiles organiseren we jaarlijks een dag op een circuit waar we met uit huis geplaatste kinderen gaan rijden met mooie auto’s. Waarom uit huis geplaatste kinderen; omdat dat een groep is die eigenlijk wordt vergeten. Ze zijn niet gehandicapt of ernstig ziek. Maar hebben wel ontzettend veel leed meegemaakt. De eerste keer dat ik deelnam ben ik drie dagen van slag geweest; je ziet op 100 meter afstand dat het kinderen zijn waar het leed van afdruipt. Het was een confrontatie met een groep kinderen, die veel heeft meegemaakt maar waar je niet elke dag bij stilstaat.”
Dat hij twee jaar geleden tot voorzitter van de foundation werd geroepen, voelt niet als een last. “Het organiseren van een dag met 250 kinderen, de vrijwilligers, het circuit - het kost veel geld. En je hebt auto’s nodig. Bijzondere, opvallende wagens. Je moet dus een netwerk hebben om die ondernemers te enthousiasmeren. Daarnaast vind ik dat je als ondernemer betrokken moet zijn. Je bent ook deel van de maatschappij en dan is het een taak om met elkaar die maatschappij leuk en gezond te houden.” Ook Norman Smit behoort tot de categorie die zich niet op de borst slaat voor zijn inspanningen. Er zijn tal van initiatieven waar hij achter de coulissen blijft maar wel een bijdrage levert: “Ik stimuleer dat ook in mijn eigen bedrijf. Draag bij aan de maatschappij. Op wat voor manier dan ook. Het hoeft niet altijd geld te zijn.”Bij veel Twentenaren zal dat goede herinneringen oproepen. Het initiatief werd destijds genomen door Nancy Rosberg, waarbij bekende Tukkers zich lieten opsluiten in hokjes; een verwijzing naar het leed waarvoor Free a Girl is opgericht, vertelt Rachel Denneboom, die de actie weer nieuw leven in blaast: “Free a Girl zet zich in voor een wereld zonder seksuele uitbuiting van kinderen. Ze worden ontvoerd, al op hele jonge leeftijd, en komen terecht in bordelen waar ze in hokjes worden opgesloten.” Rachel organiseerde de actie in die periode ook in Almelo en Hengelo. “Maar toen kwam corona en hebben we het stopgezet. Jammer, het bracht veel geld op en was een prachtige actie.”
Free a Girl
Dat geld wordt gebruikt om meisjes in landen als India, Nepal, Bangladesh, Laos maar ook Brazilië te bevrijden: “Die meisjes, de meeste in de tienerleeftijd, maar ook echt heel jonge meisjes, zijn getraumatiseerd. Free a Girl bevrijdt ze en vangt ze op in hun opvangtehuizen. Dan volgt een proces van psychische hulp, gezondheidszorg en onderwijs om ze weer sterk te maken. Daarnaast vervolgt Free a Girl ook de daders van deze mensenhandel en vraagt om politieke en maatschappelijke aandacht voor deze praktijken. Zo strijden we voor systeemverandering”
Free a Girl heeft inmiddels bijna 8.000 meisjes uit de bordelen weten te reden. Rachel: “Mensen zeggen soms dat 8.000 meisjes een druppel op de gloeiende plaat is, want er worden 2,5 miljoen kinderen seksueel uitgebuit. Juist daarom moeten we er mee doorgaan. Elk kind is een leven.” De nieuwe campagne, Our Daughters Our Future, start in het voorjaar. Er wordt aan vijftig vrouwen gevraagd om in hun omgeving 5.000 euro in te zamelen. “Met 5.000 euro kan Free a Girl een kind bevrijden! We sluiten de campagne af met een spectaculair benefietgala. De organisatie doe ik samen met Iris en Debby de Paauw. We zullen de vrouwen helpen bij de actie waar we kunnen. Voor het benefietgala verkopen alle deelnemers een tafel van 2.500 euro voor 10 personen. Men kan uiteraard ook rechtsreeks bij ons een tafel reserveren. Die avond zal Yolanthe Cabau, een van de oprichters, vertellen over de bevrijdingsacties van Free a Girl en elke deelnemer persoonlijk bedanken. En we maken er natuurlijk een prachtige avond van met diverse optredens, een veiling en een goed diner.”
Rachel Denneboom is betrokken bij meerdere activiteiten die steun in de rug kunnen gebruiken. Ze vindt het vanzelfsprekend: “Als raadslid ben je al lokaal maatschappelijk betrokken, maar daarbuiten wil je ook iets doen voor de wereld. Ik vind niet dat we alleen maar op de planeet zijn om te consumeren, hopelijk wil je ook iets bereiken, iets positiefs achterlaten. Zeker, ik denk dat in Twente veel ondernemers het hart op de goede plek hebben. Alleen, en dat is weer typisch de Tukker in ons, je hoort ze er niet over, zo zitten we niet in elkaar. Maar reken maar dat ze er staan als het nodig is. Dat heb ik met de acties van Free a Girl altijd gevoeld. Twente heeft Free a Girl in het hart gesloten.”
Norman Smit is directeur/eigenaar van BMD Advies, dat bedrijven en organisaties adviseert op het terrein van ARBO, veiligheid en milieu; inmiddels zijn die termen overigens omgedoopt tot QHSE, Quality, Health, Safety en Environment. Smit onderstreept de mening van Rachel over Twentse ondernemers: “Ik denk dat het gros het hart op de goede plaats draagt; zichtbaar of onzichtbaar. In Twente moeten we het met elkaar doen, dat is wel de algemene visie. Ondernemers kunnen dat ook: het is work hard, play hard. Er wordt geld verdiend en ik zie om me heen dat er een grote bereidheid is daarmee goede doelen te steunen.” Bij Aqua+ in Goor is Bas-Jan Walhof de vijfde generatie aan het roer. Een familiebedrijf, waardoor het andere normen kan hanteren dan een anoniem filiaal van een overzeese multinational of een door een investeringsfonds gestuurde onderneming. “Het grote verschil is dat een familiebedrijf niet in kwartalen denkt maar in generaties. Er is hier geen korte termijn denken. Dat geldt ook voor onze ondersteuning aan projecten.” Dat is mogelijk dankzij de Rudolf Walhof Foundation, vernoemd naar zijn grootvader. “De visie is dat we als gezond bedrijf winst maken en dat je een deel van die winst gebruikt om iets terug te doen. Onze projecten zijn gericht op natuurbescherming, de lokale samenleving, ontwikkelingswerk en vluchtelingenhulp”, aldus Walhof die daarbij Oeganda als voornaamste bestemming noemt: “Afrika krijgt de rekening van onze welvaart. Oeganda is een land met veel armoede, maar heeft ook enorme potentie. We helpen daarom op het gebied van natuurbescherming, doen aan herbebossing. We steunen een weeshuis, dat geen inkomsten meer had, met een maandelijkse bijdrage voor de weeskinderen. Er zit weer een goed dak op het gebouw, er zijn nieuwe bedden en er zijn twee leraren aangenomen.”