De werkplek van Martijn Busscher
“Een serre als showroom voor serres”
De werkplek van… blijft een verrassing. Straalt het interieur de werklust of het privéleven van de bewoner uit? Staan de golfbekers naast de familiekiekjes of is het een rationeel opgevuld hok waaruit de zweetlucht nauwelijks ontsnapt? TOM snuffelt graag rond in burelen waar de economie draaiend wordt gehouden. Dit keer wel een heel bijzondere plek: een oude textielfabriek van meer dan honderd jaar oud. Martijn Busscher heeft er zijn serrebouwbedrijf in ondergebracht: serres in een serre…
Martijn Busscher en zijn bedrijf Busscher Serrebouw in Ootmarsum staan
onbetwist aan de vaderlandse top van serrebouwers. Dat had wel even tijd
nodig maar Busscher is niet van plan die plek prijs te geven. Hij heeft
er ook hard voor gewerkt. Geboren in Lattrop begon hij als uitvoerder bij
een aannemersbedrijf en kwam via Serbo in Nijverdal in aanraking met de
glazen uitbreiding van een woning of ander pand. “Ik was daar bedrijfsleider
bij Serbo Bouw en later verkoper. Vijftien jaar geleden heb ik de stap
naar een eigen bedrijf gezet”, vertelt hij in de showroom van zijn vestiging,
even buiten het stadscentrum van Ootmarsum. Er is weliswaar een kantoor
met beeldschermen, printers en alle andere faciliteiten, maar dit is zijn
echte werkplek: “Hier ontvang ik onze klanten, hier werk ik dus.” Het moet
gezegd worden: een ongezellige werkplek is het zeker niet, eerder opvallend.
“Toen ik de plannen voor een eigen serrebouwbedrijf had heb ik dit meteen
gekocht. Het is een oude textielfabriek uit 1919. Er stonden nog productiemachines.
Ik ben begonnen met het plafond eruit te halen.” Dat is een goede keuze
geweest want toen kwam het fraaie sheddak of zaagtanddak tevoorschijn:
kenmerkend voor veel (textiel)fabrieken uit vervlogen tijden en daarmee
niet alleen een eyecatcher maar ook een stuk industrieel erfgoed. Via de
lichtstraten valt het licht riant de showroom binnen, waar een aantal fraaie
serres staan opgebouwd. De parallel is duidelijk, zegt Busscher: “Serres
in een grote serre…”
Specialisme
Zijn ervaring in de serrebouw heeft Busscher’s bedrijf groot gemaakt. “En
het feit dat we alleen maar geïsoleerde serres bouwen. Je kunt ons, met
alle respect, niet vergelijken met een zonweringspecialist die serrebouw
erbij doet. Dit is een specialisme: je moet bouwkundig onderlegd zijn,
letten op alle details en de juiste aansluiting maken met de woning. Serrebouw
is in feite van een oude natte buitensituatie een droge, comfortabele binnenplek
maken.”
De ontwerpen voor de serres maakt Martijn zelf. Een gesprek met de klanten is de eerste aanzet. “Maar ik ben geen meeprater. Soms hebben ze een bepaald idee voor ogen, maar als dat niet kan worden gerealiseerd, zeg ik dat eerlijk. Of een architect heeft een plan gemaakt. Maar die houdt dan geen rekening met de speciale detailleringen van de serrebouw. Daarom werken we ook met vaste bouwpartners voor het bouwkundige deel; die snappen het. En onze eigen monteurs die daarna de serre monteren zijn specialisten.” Met die aanpak is Martijn Busscher actief in het hogere segment. Tot zelfs in het buitenland waar hij voor een Nederlandse opdrachtgever een serre aan een fraaie Bretonse manoir bouwde. “Zo’n serre is een verrijking als je het qua ontwerp perfect doet. Kijk, het is een verruiming van je woning en het moet comfortabel zijn. Dus ook goed geïsoleerd.”
De projecten die Busscher Serrebouw in de afgelopen jaren heeft uitgevoerd getuigen van originaliteit en kwaliteit. Dat geldt ook voor de vouwwanden, schuifpuien en glazen daken, die door Busscher worden gerealiseerd.
Twents familiebedrijf
Sedert enkele jaren heeft hij met zijn bedrijf ook een showroom in
Baarn in het Gooi. Maar in de kern blijft Busscher Serrebouw een nuchter
Twents familiebedrijf. “Mijn vrouw Danielle doet deels verkoop en daarnaast
de financiële zaken. Ook is ze een dag per week in Baarn om ook daar met
de klanten voeling te houden. Als Twentenaar zijn we eerlijk en komen we
afspraken na. Dat telt, en zeker voor de doelgroep waar wij opdrachten
van krijgen.” Van de concurrentie heeft hij dan ook niet veel te duchten.
En al zeker niet van de bouwmarkten die zelfbouw-serres verkopen. Een glazen
hokje, oordeelt Busscher: “Wij plaatsen ruiten die tussen de 80 en 1.000
kilo wegen. Drie lagen veiligheidsglas. Dan moet je wel weten wat je doet!”
Een kleine rondleiding door zijn werkplek toont dat Martijn Busscher trots is op wat er is bereikt. Net zo trots als hij is op zijn sheddak: “Kijk die kraalschoten waar het mee is afgewerkt. Heb ik alleen schoon gespoten. Honderd jaar oud en het ziet er nog prachtig uit.”
Tekst: Erwin Gevers
Fotografie: Frank Visschedijk
