Rob Postma van Countus

Rob Postma van Countus

“Hooien, inkuilen, melken”

Iedere ondernemer heeft zo zijn of haar eigen jeugddromen gehad. Dromen die in de meeste gevallen niet zijn uitgekomen. Soms omdat domweg het talent ervoor ontbrak. In andere gevallen omdat in de jeugdige geest al ondernemende ambities broeiden die een loopbaan als piloot,  brandweerman of neurochirurg in de weg stonden. Ook Rob Postma van Countus zag zijn jeugddroom in duigen vallen. Alleen is hij er uiteindelijk nog dicht in de buurt gekomen.

Vanuit de vijfde verdieping van de kantoortoren aan de rand van Enschede heb je een pracht uitzicht op de verder gelegen akkers en weilanden. Rob Postma, directeur MKB van Countus, zal er ongetwijfeld wel eens met weemoed naar kijken. Hij wilde namelijk boer worden. “Mijn opa en oma hadden, samen met mijn oom, een melkvee- en kaasboerderij tussen Oldenzaal en Denekamp. Ik was er altijd te vinden. Ja, inderdaad, overalletje aan en dan helpen. Met hooien en inkuilen, koeien melken, de stallen aanschuiven. Ze hadden zo’n zestig melkkoeien en maakten zelf Goudse kaas en komijnekaas. Dat verkocht goed, het was ook goede kaas. Ik hielp op de deel daar ook aan mee: met een doekje de kazen schoonmaken die lagen te rijpen.”

Geen boer, maar financiële diensverlening

Kleine Rob bracht er zijn weekends door. “Fantastisch natuurlijk: met de trekker rijden, overal mee helpen, ook als er een kalfje werd geboren. Het was echt een droom om boer te worden. Dat is het niet geworden, nee. Je kunt niet zo maar een boerderij starten. Zoiets moeten je ouders al hebben en dan is het mogelijk. Mijn familie is op een gegeven moment deels gestopt, het melkvee ging weg. En dan komen er ook andere dingen op je pad maar…een droom is het nog steeds wel.” Wat op zijn pad kwam was een carrière in de financiële dienstverlening. Eerst bij de Friesland Bank, daarna Countus dat zijn roots in de Overijsselse Landbouw Maatschappij heeft. Bij de Friesland Bank stond hij al veel in contact met de agrarische sector. Bij Countus is dat als manager MKB weliswaar minder geworden, maar de betrokkenheid is er niet minder om: “Wat ik al zei: zelf een boerderij beginnen is er niet bij in deze tijd. Ik heb geen landbouwschool gedaan en de nieuwe boeren van nu zijn echt slimme jongens en meiden. Dat moet ook wel, want de regelgeving, zeker als het gaat om mest- en milieuwetgeving, is ingewikkeld. Daarin, en in andere zaken, hebben we als Countus natuurlijk wel een adviserende rol.”

Bewust duurzaam

De afschaffing van het melkquotum heeft tot productieverhoging geleid met als gevolg een sterker fluctuerende melkprijs. Postma: “Melkveehouders hebben het niet makkelijk. Er is vaak flink geïnvesteerd en bij een lagere melkprijs moet je wel je lasten kunnen dragen en ook privé nog wat overhouden. Er zijn echt schrijnende gevallen van bedrijven die het niet redden. Ik vind dat jammer.” Hij stipte het al aan: de fosfaatwetgeving is voor veel boeren een zwaar juk op de schouders. De uitstoot moet verder omlaag en wie onvoldoende landbouwgrond bezit, heeft een mestprobleem. Rob Postma kijkt er genuanceerd naar: “Ik denk dat iedereen vergeet dat een agrariër al jaren duurzaam bezig is. Er wordt soms al eeuwen op die grond geboerd en die boer weet heel goed hoe je er mee om moet gaan. En vergeet niet dat stallen duurzaam worden gebouwd, ze werken met trekkers met gps om zo min mogelijk brandstof te verbruiken, de melkfabrieken produceren duurzaam en dan leggen de boeren die stallen ook nog eens vol met zonnepanelen.” Countus speelt ook in het streven naar duurzaamheid een rol met een team dat zich richt op hernieuwbare energie. Bijvoorbeeld als meerdere boeren willen investeren in een biogasinstallatie. Dat mag wat Postma betreft wel wat meer worden: “Ik denk weleens, steek de koppen nou eens bij elkaar en investeer gezamenlijk in een biogasinstallatie. Dat zie ik helaas te weinig gebeuren.”

Meer aan pr doen

Het steekt hem dat de boerenstand meer en meer in de verdrukking komt: “Het gevoel ontstaat een beetje dat we boeren niet meer nodig hebben. Hier in het oosten is dat gevoel er niet, maar hoe verder je naar het westen gaat hoe minder ze weten over de agrarische sector. Jammer, want die boeren zorgen wel voor ons voedsel. Daarom zou de landbouw meer aan hun pr moeten doen en bij de consument meer bewustzijn moeten kweken.”

Met zo’n pleidooi is het wel duidelijk: Postma heeft nog altijd een zwak voor de boerenstand. Het jongetje van tien, in zijn overalletje, zit ergens diep verborgen nog steeds in hem. Hoewel de wet- en regelgeving het boeren niet meer zo leuk maken zoals in de tijd van opa en oma. “Nee, de romantiek is minder. Maar toch…”

>
>
>
TOM's Rally
CuliRally
haringparty2024