Wim & Pedro Swier

Wim & Pedro Swier

TOM rommelt graag met potten en pannen. Wat braden, inkoken, uitbenen; het kan allemaal in de sterrenkeuken van Landhuishotel De Bloemenbeek in De Lutte. En al helemaal als SVH Meesterkok Michel van Riswijk de leiding neemt. TOM nodigt graag gasten uit om aan het fornuis de zaken door te nemen: ondernemers, relaties, collega’s of, in dit geval twee ondernemende broers. Wim en Pedro Swier respectievelijk van Food Connect en uitvaartonderneming Vredehof.

Het is een regelrechte reünie, daar in de keuken van De Bloemenbeek. Want hier werkte een decennia of wat geleden Wim Swier als souschef aan zijn culinaire loopbaan. Er worden hartelijk handen geschud en op schouders geslagen. Zijn broer Pedro ziet het met plezier aan. Hij is de jongste van de twee en in het dagelijks leven directeur van Vredehof. “De vierde generatie in de uitvaartbranche”, vertelt hij: “Mijn vader was filiaalhouder van een kistenfabriek. Ik ging als jongetje al met hem mee. Inmiddels ben ik 36 jaar werkzaam in de branche. Overigens, mijn dochter Naomi heeft ook interesse in het vak. Ik sluit een vijfde generatie niet uit…”
Met elf vestigingen in Twente, Salland en de Achterhoek is Vredehof een grote dienstverlener. En een jubilaris want dit jaar viert de organisatie het 150 jarig bestaan. Begonnen vanuit de coöperatieve gedachte en de diaconie, is het nu een uitvaartonderneming die kwaliteit hoog in het vaandel heeft. “En we voelen ons maatschappelijk betrokken”, vertelt hij: “We zeggen niet voor niets dat wij in dienst staan van het leven. Als bestuurder voel ik mij verantwoordelijk voor de tachtig medewerkers en hun welzijn. Vergeet niet dat het een zwaar beroep is en invloed op je privéleven heeft. Het is ook steeds meer werk in de avonduren. Je vraagt veel van je mensen.”

Tegelijkertijd streeft hij ernaar dat Vredehof creatief en vernieuwend is: “Maar wel met normen en waarden. Dat staat bij ons hoog in het vaandel. Ik vind het bijvoorbeeld jammer dat er voor een begrafenisstoet niet meer halt hoeft te worden gehouden. En dat het bij uitvaarten soms gek, gekker, gekst moet, nee, dat hoeft ook niet zo van mij. Het is ook een kwestie van respect voor de overledene.”


Emotionele klussen

Zijn vakkennis benut Pedro Swier ook op een ander vlak. Als lid van het Landelijk Technisch Forensisch Opsporingsteam, eerder bekend als het Rampen Identificatie Team, verzorgt hij postmortale zorg. Hij was in die functie betrokken bij de vuurwerkramp, bij in Uruzgan omgekomen militairen en de ramp met de MH17. Ook bij de dramatische tsunami in 2004 was hij werkzaam in Thailand. “Dat zijn emotionele klussen”, zegt hij: “Het werk in Thailand was zwaar: ver van je bed, in een ander land. Allemaal heel lieve mensen maar je moet er wel een moeilijke klus uitvoeren.”

Voor Vredehof ziet hij nog altijd groeipotentie: “Maar wel in deze regio. We gaan een overname niet uit de weg.”

De absolute top

Wat hij persoonlijk wel uit de weg gaat, is de haas die Michel van Riswijk wil serveren. Het dier moet daartoe worden gefileerd. Een klus die hij normaal gesproken aan een ander overlaat: “Dat klinkt raar, maar ik kan niet tegen dode dieren…” Hij zet zich er niettemin overheen, snijdt een achterpoot uit maar laat het verder over aan zijn broer Wim Swier die als kok een flinke carrière achter de rug heeft: “Ik had een schoolvriend die kok werd en dat leek mij ook wel wat. Ik ben toen begonnen bij het Almelose Postiljon Motel in de keuken.”

Hij werkte vervolgens bij grote zaken als Carelshaven in Delden, Kasteel Erenstein in Kerkrade en Auberge la Provence  in Laren. “Ik was ambitieus en wilde bij de absolute top werken. Theo Seiger haalde mij destijds naar De Bloemenbeek. Hij wilde het niveau van de keuken naar een hoger plan brengen.” Dat is gelukt en Wim stond mede aan de basis omdat hij namens De Bloemenbeek de Zilveren Koksmuts won: “De hele boel stond op de kop. Dat was nog nooit vertoond.”

Uiteindelijk verlaat hij De Lutte: “Ik kwam bij de Creative Food Studio en ging vervolgens productontwikkeling doen voor Profood van Johan Schreur. Ik vond dat fantastisch. Je moest goed kunnen koken maar ook kunnen opschalen. Profood maakte destijds tussen de 100 en 150.000 kant-en-klaar maaltijden. Ik zag al dat normen en waarden veranderden en vond dat we slecht omgingen met onze ouderen. Toen ben ik in onze garage begonnen met FoodConnect.”

De rest is bekend: FoodConnect in Almelo is een succes geworden en maakt 35.000 maaltijden per dag, die aan huis worden bezorgd. Wim: “De bezorger is een verlengstuk van de familie. Hij zet de maaltijden in de koelkast en kijkt meteen of alles in orde is. Dat is een deel van het concept. De mensen kunnen hun eigen maaltijd samenstellen. We werken niet met poedertjes en troepjes en een stamppot boerenkool is gemaakt van verse aardappels.”

Voorraadkast

In de keuken tussen de witte brigade voelt hij zich weer thuis. Er is nog een element dat deze sentimental journey interessant maakt: “Ik heb hier mijn vrouw Monique ontmoet.” Waarbij hij veelbetekenend wijst naar een voorraadkast…

Overigens heeft hij een deel van de aandelen van FoodConnect verkocht aan investeerder Wadinko. “Ik werd niet echt gelukkig van het managen”, zegt hij. Maar er is hoop: “Sinds een jaar kook ik weer. Monique heeft dat dertig jaar lang gedaan. Nu ben ik thuis aan de beurt.”

Het koken gaat hem in zijn vroegere keuken ook goed af. Dat blijkt uit wat geserveerd wordt: een mooi voorgerecht met een gerookte eierdooier en paddenstoeltjes op een groentebouillon en uiteraard een mooie bereiding van de haas. Maar misschien wel belangrijker: de vele culinaire herinneringen aan vroeger. Je kunt er een biografie mee vullen.

>
>
>
CuliRally