" Vertrouwen blijft ons belangrijkste product"
Countus partner voor jonge én ervaren ondernemer
Hoe gaat de accountancy zich ontwikkelen in de komende jaren. Gaat AI een voorname rol spelen of wordt juist het persoonlijke contact en een goed gesprek belangrijker?”, aldus Joost Heijmer, fiscaal en familieadviseur bij Countus. Voor Heijmer en de nieuwe businessteam directeur Robert Berendsen belangrijk vraagstukken waarbij ze van één facet overtuigd blijven: “We blijven naast de ondernemers staan. Een sparring partner zijn.”
De geboren Achterhoeker Berendsen voelt zich prima thuis in Twente c.q. Enschede: “Het is dezelfde cultuur.” Daarom ook herkent hij het doen en denken van de ondernemers. “Maar wel met onze overtuiging dat je ondernemers niet over een kam kunt scheren. Een ondernemer die rond de vijftig is, heeft hele andere vragen en belangen dan een jonge ondernemer. Die ervaren ondernemer heeft veel zaken al wel meegemaakt en zit in een heel andere levensfase. Jonge ondernemers, de twintigers en dertigers die een bedrijf beginnen en willen groeien, die hebben heel andere vragen. Die moet je anders benaderen. Allemaal willen ze advies over fiscaliteit en jaarcijfers. Die ervaren ondernemer heeft daarentegen behoefte aan advies over de verkoop of overdracht van het bedrijf. Wij maken daarin duidelijk een verschil. En om dan een juist antwoord te geven moet je aan tafel komen, met elkaar in gesprek gaan. Dat is natuurlijk al zo, maar dat wordt een steeds grotere rol voor ons kantoor.” Het kantoor is inmiddels gegroeid naar twintig medewerkers. Voldoende menskracht, hoewel er nog zeker plek is voor nieuwe mensen: “Maar wij merken de krapte op de arbeidsmarkt ook.”
Resultaten
"De adviesrol, een sparringpartner zijn, betekent ook je verdiepen
in de ondernemer en zijn onderneming", aldus Heijmer. “Je gaat dan kijken
hoe het resultaat tot stand komt en of dat resultaat voldoende is voor
zijn of haar levensstandaard. Ondernemers zijn bereid om zestig uur in
de week te werken maar hoe verhouden die uren zich tot je privéleven, is
de beloning voor die inspanningen voldoende? Zulke zaken moet je ter sprake
brengen. Het is de ondernemer een spiegel voorhouden.”
Berendsen voegt eraan toe: “Wij kijken met een kritische blik naar de cijfers van de ondernemer en of er verbeterpunten zijn. Kijk, als je vaststelt dat negentig procent van je offertes doorgaan, kun je ook de vraag stellen of je dan niet te goedkoop bent. Want je wilt toch uiteindelijk ook weer investeren, een goed rendement realiseren. Doe je dat door jaarlijks in de kosten te schaven of moet je niet veel kritischer kijken naar omzet en marge?”
Jaarrekening
Bij
dat alles is de jaarrekening de basis. Het biedt, door de jaren heen, een
goed inzicht in de financiële ontwikkelingen. En die cijfers moeten in
begrijpelijke taal worden besproken, zegt Heijmer: “De jaarrekening ligt
bij de accountant. Maar onze rol als ‘huisdokter’ wordt belangrijker dan
de accountantstitel. We hebben uiteraard andere verplichtingen dan een
boekhoudkantoor, maar wij willen naast de ondernemer staan en dat op basis
van de cijfers en zonder overbodige ballast. Daar ligt onze toegevoegde
waarde.”
Met overbodige ballast doelt Heijmer vooral op de wirwar aan wet- en regelgeving en de inconsequente gedragslijn vanuit de overheid: “Wij steken er veel energie in om op de hoogte te blijven van nieuwe regels. Daar komt een ondernemer niet aan toe.” Daarbij maken de medewerkers gebruik van de verzamelde kennis van de Countus-kantoren. “Voor vaktechnische updates kunnen wij als fiscalisten een beroep doen op de centrale afdeling waar men voortdurend alert is op jurisprudentie en wet- en regelgeving.”
Digitale slag